De ruggengraat van het Franse leger. Soldaten doen veel meer dan enkel marcheren en vechten. Ze kunnen ingezet worden voor patrouilles, ter ondersteuning dienen bij het innen van belasting, om te hulp te schieten bij rampen of bouwprojecten of om de lokale bevolking beschermen tegen bandieten, oplichting en uitbuiting. De soldaat is het boegbeeld van de verlichte idealen van Frankrijk. Voor het eerst vrijwillig te velde geroepen ter bescherming van ‘Vrijheid, gelijkheid en broederschap’; vanaf 1798 verplicht ter bescherming van het bestaan van Frankrijk. In sommige landen uitgejouwd en als bezetter en onderdrukker bestempeld, de Franse soldaat is, er met een warm hart voor gerechtigheid, altijd bereid de onderdrukte volkeren van Europa te hulp te schieten. De Franse soldaat vecht voor meer dan enkel het bevel van de adel en monarch. Hij vecht voor een vrij Europa. Ook al zal dit hem niet altijd in dank worden afgenomen, omdat de niet-verlichte inwoners van andere landen het grotere geheel weigeren en, door propaganda, niet kunnen zien.
Lees hier meer over de geschiedenis van het 85ème régiment d’infanterie de ligne, de eenheid waartoe onze soldaten behoren.
De eerste centraal georganiseerde douane van Europa met de taak inkomende en uitgaande goederen te controleren. Is er genoeg belasting betaald, zijn er illegale goederen aanwezig, zijn de papieren in orde, etc. De douanier beschermt de economie van heel Europa en zorgt dat zwarte handel zoveel mogelijk in het nauw wordt gedreven. Waar haalt de staat anders het geld vandaan om alle verbeteringen aan de levensstandaard van de onderdrukten te bekostigen? Ondanks de zeer belangrijke taak van de douanier, worden ze vaak met een schuin oog nagekeken. De onderdrukten kunnen het belang van de dienst niet goed begrijpen en als de douane goederen in beslag neemt, personen arresteert, beboet of zelfs extra belast, dan kunnen de douaniers volgens de bevolking niet veel goeds meer doen. In stad en land is de douane heer en meester en is de infanterie ondergeschikt aan hen bij invallen, patrouilles, controles, e.d. Komt het daadwerkelijk tot een slag, dan is de douane onderhevig aan de infanterie en kunnen douaniers ingezet worden als lichte infanterie of gaten in de linie opvullen.
Lees hier meer over de geschiedenis van de Douanes Impériales, het corps waartoe onze douaniers behoren.
Als de soldaten de ruggengraat zijn van het leger, dan is het kader de hersenen. De verantwoordelijkheid voor het aansturen van de dagelijkse taken en het waarborgen van kwaliteit en orde in de kampen en linies ligt bij het kader. In tegenstelling tot de andere grootmachten in Europa werd een officier in Frankrijk benoemd op basis van zijn vaardigheden. Officieren in andere landen kwamen uit een poel van adel en vriendjespolitiek. De gekochte aanstellingen leidden vaak tot incompetentie en een denigrerende kijk op ondergeschikten. De Franse officier is daarom het boegbeeld van een moderne, ontwikkelde kijk op de samenleving. Ook zijn (onder)officieren verantwoordelijk voor het in bedwang houden van ‘overenthousiaste’ soldaten, die door een overmaat aan vaderlandsliefde en ideologische inspiratie iets té hardhandig om gaan met de lokale bevolking.
Vivandières zijn wel het hart van het leger. De vrouwen bieden de soldaten aanvullingen op de rantsoenen: eten en (sterke) dranken, maar ook allerlei nuttige zaken zoals briefpapier, tabak, naaispullen en persoonlijke verzorgingsartikelen. Zij zorgen voor het wasgoed zodat de manschappen er netjes uit zien, praten met hen als ze heimwee hebben en nemen waardevolle spullen in bewaring wanneer ze het slagveld op gaan. Zonder vivandières is het haast onmogelijk om het moraal en de kwaliteit van het leger hoog te houden. In tegenstelling tot de legers van andere landen zijn deze vrouwen geen kampvolgers die oogluikend getolereerd worden, maar officieel gereguleerd – een vereiste was dat zij de echtgenote van een soldaat of onderofficier waren. Het aantal vivandières werd in de loop van de Napoleontische Oorlogen beperkt tot één per bataljon plus twee blanchisseuses (wasvrouwen). De term cantinière of marketentster wordt ook wel gebruikt. Vivandières moeten absoluut niet verward worden met de dames van lichte zeden. Vivandières waren uiterst professioneel en werkten vaak samen met de fouriersdiensten.
Elk bataljon heeft zijn eigen soldaten die vanuit hun burgerverleden een specialisatie op hebben gedaan. Jagen, naaien, smeden, administratie, handwerken, etc., zijn een paar voorbeelden van vaardigheden die soldaten in hun vrije tijd of tussen het marcheren door gebruiken om aan extra inkomsten te komen of om ervoor te zorgen dat het welzijn van het bataljon stijgt. In het 85e regiment hebben we ook zulke specialismen. Er is bij ons een kleermaker, leerbewerker, smid, archivaris en andere kleine specialismen uit te voeren en te bewonderen. Een uitbreiding van deze specialismen is van harte welkom, mits het naast één van de bovenstaande rollen wordt uitgevoerd.